Brandveiligheid: de uitdaging om ‘een moetje’ om te zetten naar hoge urgentie

Interview
Brandveiligheidsadviseur PVM Michiel

Michiel Schutselaars, brandveiligheidsadviseur bij PVM, nodigde ons uit in het karakteristieke kantoor in Hilversum om met elkaar inhoudelijk op het brandveiligheidsonderwerp in te zoomen. Hij neemt ons mee in wat zijn functie precies inhoudt, met wat voor uitdagende vraagstukken hij zich dagelijks bezighoudt en hoe hij het onderwerp brandveiligheid als ‘moetje’ omzet naar hoge urgentie.

De switch naar brandveiligheid

‘Een jaar of dertien zit ik in de brandveiligheid. Hoe dit is ontstaan? Na de middelbare school heb ik de hbo-opleiding Facility Management gedaan in Wageningen. Daar heb ik stages gelopen, o.a. bij de Sociaal-Economische Raad (SER) waar ik geprikkeld ben door de techniek. Dat is mijn eerste uitstap geweest in het professionele leven. Tot een jaar of vier geleden heb ik verschillende technische commerciële functies vervuld. In de laatste technische commerciële functie is de switch naar brandveiligheid ontstaan. Zo’n dertien jaar geleden ben ik namelijk bij een deurenproducent begonnen in Tilburg, waar ik bijna 9 jaar heb gewerkt. Daar ben ik met brandveiligheid in aanraking gekomen. Denk hierbij aan branddeuren, schermen, rolluiken en ga zo maar door. Eigenlijk dus allemaal deuren die in de brandscheiding zitten. Dan moet je natuurlijk ook iets kunnen adviseren over wet- en regelgeving, de brandveiligheid en de techniek.’

‘Vanuit mijn technisch commerciële rol heb Ik toen in twintig landen een dealerpartnernetwerk opgezet, waaronder in het Midden-Oosten en vooral in Europa. Daar heb ik de deuren verkocht, maar ook erover geadviseerd. Daar heb ik wat grotere projecten gedaan op o.a. luchthavens en voetbalstadions, maar ook bij VvE's. Hierdoor ben ik veel te weten gekomen over deurproeven, dus waar moeten deuren nu aan voldoen met vigerende wet- en regelgeving? Maar ook heb ik mijn kennis vergroot over de techniek erachter. Je hebt bijvoorbeeld branddeuren, rookwerende deuren en rookscheidingen waar weer hele andere technieken achter zitten. Zodoende werd ik daardoor geprikkeld.’

Brandpreventiedeskundige 1 en 2

Michiel heeft in zijn carrière 2 verschillende opleidingen gedaan conform het Nederlandse Bouwbesluit 2012. ‘Brandpreventiedeskundige 1 heb ik 4 à 5 jaar geleden gehaald, en recent heb ik brandpreventiedeskundige 2 gehaald! Dus eerst heb ik met brandpreventiedeskundige 1 kennis van wet- en regelgeving opgedaan. Vervolgens ben ik de opleiding van brandpreventiedeskundige 2 gaan doen in Utrecht, wat meer risicogericht is.’

De eerste opleiding is dus meer gericht op wet- en regelgeving. Dus heel zwart-wit, zoals waar moet een brandscheiding of een pand aan voldoen qua brandveiligheid? ‘Nu zie je het risico veel beter. Zo gaat het bijvoorbeeld over dat je een heel groot pand van 5.400 vierkante meter hebt wat buiten de scope van de wet- en regelgeving valt. Dat kan een sportcomplex, een loods of een poptempel zijn. Dat valt eigenlijk buiten de wet- en regelgeving, maar als adviseur moet je daar ook iets van vinden en er iets over kunnen zeggen. Dat leerde ik in de laatste maanden.’

Bescherming bieden

Het onderwerp brandveiligheid, wat heeft Michiel getriggerd om hier alles over te weten? Hij vertelt ons een aantal redenen waarom hij het zó interessant vindt. ‘In eerste instantie om de techniek. Het is mooi dat bijvoorbeeld een deur die goed dicht zit zo'n impact kan hebben op veiligheid. En in het bijzonder brandveiligheid op mensen, gebouwen en productieomgevingen. Maar uiteindelijk is er veel meer. Ik ben altijd geïnteresseerd geweest in vastgoed. Het heeft zo'n enorme impact als er wat gebeurt. In eerste instantie op mensen, maar ook op de productiezekerheid en de bedrijfscontinuïteit. Dat vergeten heel veel mensen. Ook heeft het een flinke impact op bijvoorbeeld de omgeving, de duurzaamheid of de natuur. Als een gebouw afbrandt komen veel schadelijke gassen en stoffen vrij. Dit komt overal in terecht, zowel in het water als in de lucht. Het is heel mooi om daar een bijdrage aan te kunnen leveren, dus een stukje bescherming te bieden aan de mens, milieu, dier en gebouwde omgeving. Dat inspireert mij.’ 

‘Daarnaast is het een heel breed onderwerp, je bent nooit uitgeleerd. Er zijn veel facetten en continu veranderend het. Je hebt dus doorlopend nieuwe casussen die je verder gaat uitdiepen. Het is heel dankbaar als een opdrachtgever zegt: dat is een mooi rapport, daar kunnen we verder mee! Dan ga je vervolgens ook aanbevelingen doen. Je gaat dan eerst toetsen op wet- en regelgeving. Wat is er allemaal voor handen aan informatie? Vervolgens ga je vanuit die basis aanbevelingen doen zoals ‘ik zou brandcompartimenten bouwen’. Je gaat dan ook de locaties aanwijzen waar dat conform regelgeving ook het beste zou passen, maar ook in hoe het past binnen dat type bedrijf. Uiteindelijk is het natuurlijk het mooiste als men dat advies ook gaat uitvoeren. Het liefste wil je dat men zegt: komend jaar gaan we de (financiële) middelen ter beschikking stellen om uiteindelijk ook iets moois te realiseren wat bijdraagt aan een hogere brandveiligheid.’

Op de bouw begeleiden

We vragen in het interview met Michiel of PVM de werkzaamheden ook uitvoeren, of dat zij alleen adviseren en het door een andere partij laten uitvoeren. ‘We hebben veel partijen om ons heen, zoals de aannemers en applicateurs. Zij maken bijvoorbeeld de brandscheidingen. Maar ook staan we in contact met bijvoorbeeld deurenleveranciers, dakleveranciers, glasleveranciers, ga zo maar door.’

‘We doen bij projecten wel de bouwbegeleiding (dus bijvoorbeeld de uitvoering begeleiden), maar het uitvoeren zelf niet. Dus als een opdracht/opdrachtgever een bepaalde vraagstelling heeft over een van de gebreken die opgelost moeten worden dan begeleiden wij wel mee. Dan zorgen we er o.a. voor dat ook de kwaliteit geborgd blijft, dat alles netjes uitgevoerd wordt, dat de communicatie op gang blijft en dat uiteindelijk alle certificaten compleet zijn. Er komen hier veel dingen bij kijken. We schrijven rapporten en dat is de hoofdtaak. Ook op de bouw kunnen we begeleiden, maar that's it. Iemand anders mag het uitvoeren, daar zijn we niet goed in.’

In goede banen leiden

Of Michiel merkt dat vastgoedeigenaren en -professionals steeds meer inzien dat brandveiligheid écht een belangrijk onderwerp is? ‘Het is toch vaak nog een moetje, dat er nu écht iets moet gebeuren waar ze niet meer onder uit kunnen. Zo krijgt een bedrijf bijvoorbeeld een brief dat ze hebben geconstateerd tijdens een inspectie dat de brandscheidingen niet op orde zijn. Ze zullen dan iets moeten doen. Dus binnen zes weken moet er een rapport liggen waarin staat wat de gebreken zijn en wat je eraan kan doen om de zaak te herstellen. Zo gaat het balletje vaak rollen en komen ze bij ons. Dan mogen wij het uiteindelijk oplossen.’

Uiteindelijk is het ook vaak iets kostbaars om het op te lossen. ‘Het zijn best wat kosten die hierbij komen kijken. Vaak is het een post waar men geen rekening mee heeft gehouden, ook niet in nieuwbouw. Het kan zijn bij nieuwbouw dat men ook ons erbij roept, dat we dan zien dat het net ontstaat en we dan toch gebreken zien. Een voorbeeld hiervan is dat er bijvoorbeeld brandoverslagsituaties zijn. Dat is o.a. dat dit een compartiment is, daar klanten komen, de ruimtes heel dicht bij elkaar zijn en er geen brandveilig/brandwerend glas in zit. Wanneer er op zo’n locatie een brand ontstaat, dan kan het dus heel makkelijk overspringen naar dat compartiment of naar boven. Dat wil je natuurlijk voorkomen. Dat zien we dus ook vaak in nieuwbouw terug, terwijl je het daar veel minder snel zou verwachten.’

De regelgeving wordt ook steeds strenger en gecompliceerder. 'Er zijn steeds meer aspecten die erbij komen kijken, maar hoofdzakelijk kijken we naar de bouwkundige staat van het pand. Zo ook elektrotechnisch, dus zijn er bijvoorbeeld rookmelders en brandmeldinstallaties (BMI’s) in kantoorpanden? Voldoen die en worden ze goed onderhouden? Ten derde is de organisatie ook belangrijk, dus dat er een BHV is. Want prioriteit één is vluchten, dus dat we regelen dat mensen zo snel mogelijk buiten zijn. Ten tweede is dat het gebouw mag afbranden (dat was voorheen niet), maar wel dat de omgeving bespaard wordt. Dus de gebouwen die er omheen staan moeten behouden blijven. Alleen vaak is er wel een uitbrandscenario bij het bedrijf, dat de brandweer ook niet meer naar binnen gaat. Maar je wil zo’n brand uiteraard wel beperken, je probeert dat in één compartiment te houden. Als dat niet lukt? Dan is het scenario twee. Het zijn allemaal aspecten waar je rekening mee moet houden. Daar zijn wij voor om dat in goede banen te leiden.’

Brand beperken tot één compartiment

Jaarlijks zijn er in Nederland zo’n 4.000 branden in bedrijfspanden, van groot tot klein. De impact kan heel erg groot zijn, zowel voor mensen als middelen. ‘Gelukkig vallen er in Nederland relatief weinig slachtoffers, zeker als je het vergelijkt met bijvoorbeeld Engeland of Polen. Dit komt omdat wij veel vluchtgangen hebben, waar goed over na is gedacht voordat de bouw van start gaat. In Engeland heeft een flat vaak één vluchtgang. Als die geblokkeerd raakt zit je als een rat in de val. Dat verschilt heel erg per land, zelfs binnen Europa. De enorme brand in Valencia dit jaar is een heel spijtig voorbeeld.’

Michiel heeft het één keer meegemaakt bij zijn vorige werkgever dat er een aantal wandschermen naar beneden kwamen, waardoor een brand beperkt is gebleven tot één compartiment. ‘Dat kan ervoor zorgen dat een bedrijf behouden blijft. Vaak is het zo dat als er niet meer geproduceerd wordt en het duurt heel lang voordat alles van de machinerie weer staat, dan kan het zijn dat een bedrijf zegt dat het geen zin meer heeft. Dat is een worst-case scenario. Dat is bij een pand bij zijn vorige werkgever gebeurd, waar de wandschermen naar beneden zijn gegaan. Dat is geëxpandeerd, waardoor die brand in één ruimte is gebleven. Vervolgens kwam de brandweer die het netjes kon koelen en inkapselen. Het vuur is toen uitgegaan, waardoor er toch een heel stuk productie bewaard is gebleven. Dat is dus een mooi voorbeeld, maar het gebeurt gelukkig niet zo heel vaak. Het is meer preventief. Je hoopt altijd dat er geen brand is, maar je kunt het niet voorkomen. Zelfs als je alles zou aanpakken is er nog altijd een kans dat het misgaat. Vaak is dat de menselijke factor.’

Brandveiligheidsadviseur PVM Michiel

Risico’s inzichtelijk maken

Veel bedrijven focussen tegenwoordig op de brandrisico's en daaromtrent de veiligheid en de vluchtroutes, dat de kans dat er iets anders gebeurt (zoals een bommelding) misschien nog wel veel aannemelijker is tegenwoordig. Zijn dat ook dingen die Michiel meeneemt in zijn adviezen? ‘Ja, toevallig ben ik nu met zo’n casus bezig voor een bekende universiteit. Daar ben ik een soort brandscenario voor aan het maken middels een vlinderdasmodel. Dat is dat je één risico hebt, bijvoorbeeld een brand in een bepaald gebouw. Dan ga je voorafgaand aan die brand scenario’s bedenken, dus wat zou er kunnen gebeuren? Denk hierbij aan een kortsluiting, een menselijke fout, een productiefout of terrorisme. Als je die meeneemt en inzichtelijk maakt kan je - voordat de brand zou kunnen ontstaan - scenario’s bedenken die voor zouden kunnen komen. Bijvoorbeeld een brandend elektrisch voertuigvoor een pand. Het voertuig blijft heel lang stralen waardoor dat gebouw ook in de fik gaat. Als je dat risico inzichtelijk maakt en dat eventueel elimineert kun je daardoor die brand voorkomen. Dus als je dat van tevoren duidelijk maakt kun je veel voorkomen. Het gaat er dus vooral om dat je het inzichtelijk maakt.’

‘Als uiteindelijk die brand er is kan je aan de rechterkant van het model noteren: de brand is er. Dan kan ik bijvoorbeeld een sprinkler toepassen of in eerste instantie een BHV’er inschakelen. Die persoon kan evacueren en zorgen voor de brandblussers. Dus een heel scenario waar je over na denkt. Als je dat in kaart brengt kan je veel dingen wegstrepen. Je geeft dan aan welke risico’s verdwijnen. Wel moet je dan vaak maatregelen nemen, maar dan is het wel dat je 80 tot 90 procent van de brandrisico’s kan elimineren. Dat is een hele hoop. Door op die manier te kijken kan je veel ellende besparen.’

Maatwerk leveren, sturen en richting geven

‘Toch is een mens altijd het lastigste van alle factoren bij brandveiligheid. Je kunt technisch heel veel inrichten. Een machine of een sprinkler doet wat hij doet, die is bij 99,9% bedrijfszeker als je alles goed onderhoudt. Maar een persoon die toevallig in een overheidsgebouw met een rollator aan komt zetten, die persoon kan het goed doen of juist niet. Het is maar net wat er bovenin dat brein speelt. Dat is die uitdagende menselijke factor. Ook wel weer interessant omdat je toch ervoor kunt zorgen via bijvoorbeeld BHV dat je een goed protocol hebt waardoor die mensen wel netjes zo snel mogelijk naar buiten kunnen. Maar het blijft altijd lastig; enerzijds is het wel fijn het menselijke, maar aan de andere kant dus lastig omdat je nooit 100% die controle hebt. Die grip heb je niet, terwijl een machine doet wat ‘ie moet doen.’

‘Ook is dit bij iedere opdracht weer anders. Of je nou een project hebt bij een universiteit of in een zorginstelling, daar zijn de mensen weer heel anders en reageren ze dus anders doordat die functies totaal niet hetzelfde zijn. Bijvoorbeeld in een technisch bedrijf weet iedereen wel wat hij of zij moet doen. Ook kennen zij vaak de vluchtgang omdat ze er al even rondlopen. Maar bijvoorbeeld in een verzorgingstehuis is de snelheid van evacueren veel minder hoog. Mensen zijn bedlegerig, je kunt ze niet zomaar met twintig man in een lift stoppen die het dan vaak niet meer doet. Je moet dus echt een ander plan hebben, dat is vaak echt maatwerk. Dan heb je een hele andere manier van kijken waar je ook in moet sturen. Jij bent de adviseur op dat moment, jij moet de richting aangeven. Dat is ook weer de diversiteit in opdrachtgevers, dat er zoveel verschillende cases zijn. Elke case is dus weer anders.’ Hoe complexer, hoe leuker. Geldt bij Michiel ook? ‘Nee, de standaard adviezen zijn ook leuk. Het moet een mix zijn, al hoewel dat in de praktijk vaak niet het geval is. Wel is de diversiteit in opdrachtgevers enorm: van pretparken tot zorginstellingen.’

Met kleine stapjes veranderingen realiseren

Michiel vertelt ons met veel enthousiasme wat er zo leuk is aan de job, het team en de sfeer van PVM. ‘Wellicht cliché, maar je kunt hier zelf je geluk bepalen. Je moet zelf erop uit en proactief zijn, zowel intern als extern. Iedereen is druk met zijn eigen besognes en daar heb je veel invloed op. Ik zie mijn eigen gezin minder dan mijn collega's, dus ik vind het erg belangrijk om het hier naar mijn zin te hebben. Het moet fun zijn, zo zie ik het echt. Ik werk hier namelijk 40 uur per week en dat wil je ook met volle overtuiging en plezier doen. Tuurlijk lukt dat niet altijd, iedereen heeft wel eens een baaldag. Maar ik probeer los van de werkzaamheden en ook buiten werktijd mee te doen met activiteiten als het kan, zoals een vrijdagmiddagborrel.’

‘Ook ben ik met marketing bezig. O.a. samen met Björn ben ik een pitch aan het maken, voor zowel klanten als voor intern. Je hebt namelijk diverse teams binnen PVM, denk aan duurzaamheid, beheer en onderhoud, vastgoeddata etc. Je merkt heel erg dat men vaak vanuit de koker ‘dit is mijn taak’ kijkt, wat heel menselijk is. Dat is alleen zo zonde omdat er veel meer mogelijkheden zijn. Ik kijk met een technische commerciële bril, omdat ik veel kansen zie. Zo zitten we bij veel klanten en zijn we binnen bij gemeentes en woningbouwverenigingen waar we nooit aanvragen krijgen vanuit brandveiligheid, terwijl er wel veel mogelijkheden zijn. Daar kan je met hele kleine stapjes al verandering in brengen, door bijvoorbeeld een klant te enthousiasmeren of die persoon op de hoogte te brengen dat we ook advies voor veiligheid en brandveiligheid kunnen bieden. Daar ben ik dus samen met directie en management mee bezig. Af en toe ga ik ook bij een ander team bij een overleg zitten, dat ik laat zien dat wij team brandveiligheid zijn. Dan vertel ik er iets over, vandaar dat ik die pitch aan het maken ben. Dit is een mooi onderdeel daarvan.’  

Win-win situatie

Michiel vindt het belangrijk om ons te woord te staan, ook omdat hij heeft meegemaakt dat het iets kan bijdragen. ‘Het kan er wellicht voor zorgen dat we straks misschien een paar nieuwe collega's hebben. Dat we gaan bouwen, dat is één ding. Maar ook richting klanten, dat je dit zegt als je aan tafel zit en dat je een bepaald onderwerp hebt zoals duurzaamheid. Dat je klanten toch kunt aansporen om te zeggen ‘er is meer dan alleen duurzaamheid.’ Dus wat zou het voor jullie betekenen als bijvoorbeeld alle brandscheidingen op orde zijn? Of als je BMI goed onderhouden wordt? Met die kleine stapjes - zowel intern als extern – kan je veel bereiken voor jezelf. Niet iedereen zit natuurlijk hetzelfde in elkaar, maar het geeft mij veel voldoening als ik straks een nieuwe klant heb. Dat ik kan zeggen: dat doel is mooi bereikt. Dat geeft mij een kick. Vooral wanneer collega's zeggen: Michiel heeft het daar en daar over gehad, zal ik niet eens brandveiligheid aanhalen? En dus niet zelf maar wat aanmodderen of denken: dat is mijn pakkie an niet.’

‘Bij PVM gaat het om goed samenwerken, maar ook samen met collega’s het gezellig hebben. Momenteel wordt er een nieuwe planningstool opgezet om iets moois op te zetten, waardoor je dus tijd wint en meer tijd hebt voor dit soort leuke dingen. Maar ook dat je je woord meer kunt vormen waardoor je als individu, als afdeling/team en als PVM zijnde groeit. Dan ben je goed bezig, dat voelt goed. Een win-win situatie.’

Hulp van de juiste collega’s inschakelen

Ondanks dat het team op verschillende PVM locaties werkzaam is door het hele land, is de vrijdagmiddagborrel vaak op het hoofdkantoor in Eindhoven. ‘Daar proberen we de kartrekker mee te zijn in het team brandveiligheid. We proberen ook hier meer mensen naar binnen te trekken, ook vanuit Eindhoven en Rotterdam. Elke keer is het weer een leuke borrel. Je merkt dat het heel fijn werkt en dat collega's elkaar beter leren kennen. Maar ook dat je minder spanningen krijgt, waardoor je met elkaar tot betere prestaties komt en dat mensen ook lekkerder in hun vel zitten.’

‘Tegenwoordig heb je toch te maken met lange arbeidstijden en soms druk van buitenaf vanuit de waan van de dag. Daar heeft iedereen wel mee te maken. Laten we het dan met elkaar wat luchtiger aanpakken. Je merkt dat het uitstraalt op alles: de interne organisatie, maar ook naar buiten toe. Dat klanten ook merken dat we lekker in ons vel zitten. Dan kan je ook makkelijker schakelen en veel beter tegen kritiek of tegen dingen die dan een keertje tegenvallen. Dat is allemaal win-win. Als je elkaar kunt vinden in het bedrijf en een klant heeft kritiek op een bepaald onderdeel van je werk dan weet je ook: ik kan daar die collega om hulp vragen, want ik weet dat hij daar goed in is.’

Een warm bad

PVM organiseert regelmatig verschillende activiteiten: van padellen tot barbecueën, en van zeilen tot weekendjes weg. ‘In juni zijn we met de hele club een weekendje naar de Ardennen geweest, dat zijn hele leuke activiteiten! Dit ter ere van het lustrum dat PVM 30 jaar bestaat. Dan pakken ze wat meer uit met verschillende soorten activiteiten zoals klimmen, roeien en kanoën. Is heel goed voor de teamspirit én het is enorm gezellig. Uiteindelijk gaat het erom dat je leuke activiteiten met elkaar onderneemt, wat zorgt voor verbinding. Ook wordt de skireis nog steeds ieder jaar georganiseerd. Meestal gaat een kwart van de club mee op reis. Erg leuk dat dit soort reizen worden aangeboden, goed dat dit ieder jaar herhaald wordt. Dus bijvoorbeeld die padelavondjes, die moeten we er vooral in houden. Dat is super belangrijk.’

‘Wat heel leuk is bij PVM is de teamspirit, dat we echt aan het bouwen zijn met het team. Iedereen kan hier z'n zegje doen. Ook is het heel makkelijk schakelen met elkaar, je vangt veel dingen van elkaar op. Dat gaat heel goed met het team en hebben dus veel voor elkaar over. Ook qua kennis en kunde, dingen delen en kwaliteitscontroles uitvoeren. Dat werkt echt aanstekelijk. Dus het is een hele fijne club, echt een warm bad. Uiteindelijk zul je het zelf moeten doen, maar wel met behulp van fijne collega's.’ Blij dat Michiel zo op zijn plek zit! Daar doen we het uiteindelijk voor.

Jezelf optimaal ontwikkelen

‘Daarnaast is het ook heel prettig dat PVM open staat voor nieuwe ontwikkelingen, zodat je ook jezelf ontwikkelt. Dus wil je bijvoorbeeld een opleiding volgen? Het kan allemaal, niks is te gek. Als je iets nodig hebt, het wordt allemaal geregeld. Bovendien heb je iedere keer een andere sfeer in de verschillende kantoorpanden. Daarnaast is het goed dat je alle voorzieningen tot je beschikking hebt. Je wordt goed ondersteund, ook thuis. Wat dat betreft een hele goede voedingsbodem om jezelf optimaal te ontwikkelen. PVM zorgt dus echt goed voor hun mensen. Tevens is de organisatie ook niet hiërarchisch; het is heel plat en laagdrempelig. Ook de directie is erg toegankelijk, wat erg fijn werkt.’

Inmiddels bestaat PVM uit zo’n tachtig mensen, verspreid over de 4 locaties. Wel hebben ze een groeiambitie om in 2030 te groeien naar 150 werknemers. Dat is zowel een lastige als mooie uitdaging. ‘We zitten dus altijd op goede mensen te wachten. We doen er alles aan om mensen te enthousiasmeren en binnen te halen.’

Wil jij ook graag werken in een uitdagende omgeving waar jouw expertise het verschil maakt? Neem contact met ons op.

Contactformulier

Laten we snel kennismaken.

Of je nu uitdagend werk óf de juiste mensen zoekt, het begint met kennismaken. Vul je gegevens in en we nemen snel contact met je op.